Wat zou je doen

Ken jij het liedje van de Zeeuwse band Bløf met de titel Wat zou je doen? De tekst van deze song heb ik nu al dagenlang in mijn hoofd, eigenlijk vanaf het moment dat ik de roman Mijn vader was een NSB’er heb gelezen (geschreven door Elmer den Braber, uitgegeven bij Uitgeverij De Spion). Met name het volgende tekstgedeelte spookt door mijn hoofd:

Zou je lachen, zou je schelden?
Zou je zeggen dat ik een klootzak ben?
Zou je janken, zou je vloeken?
Zou je zeggen dat je me niet meer kent?
Zou je lachen, zou je schelden – van verdriet?

“Wat zou jíj doen” is een vaak terugkerende vraag, bij boeken met thema’s waarbij er zelden een heel duidelijke lijn tussen goed en fout is te trekken. Zo ook bij het boek van Elmer den Braber. In deze roman draait het om Elsa, inmiddels weduwe en oma, die na jarenlang gezwegen te hebben over het familieverleden, nu besluit het relaas aan kinderen en kleinkinderen uit de doeken te doen. En de titel zegt wat dat betreft al genoeg: haar vader was een NSB’er. Elsa vertelt over haar jeugd, de oorlogsjaren in haar familie en de ontwikkelingen daarna.

Tijdens een door @Leestweeps georganiseerde twitterleesclubavond, waaraan ook de schrijver deelnam, is aan hem gevraagd waarom hij gekozen heeft voor de eendimensionale benadering, om het hele verhaal te vertellen vanuit het oogpunt van Elsa. Den Braber gaf aan dat hij daarmee beoogde het een persoonlijk verhaal te laten worden (“oma vertelt”) maar tegelijkertijd aan de lezer de ruimte te laten om een eigen mening te vormen over bijvoorbeeld het handelen van de vader van Elsa.

Vader, kruidenier in Weesp, sluit zich aan bij de NSB. Of hij dat nu alleen maar doet om zijn gezin te beschermen of dat hij het ook uit ideologie doet, blijft prachtig onduidelijk. Dit greep mij bij de keel. Wat zou ík doen in die situatie? Zijn beweegredenen blijven voor Elsa en daarmee ook voor ons, lezers, verborgen. Het was later ook niet meer mogelijk om daarnaar de vragen, want vader overlijdt kort na de bevrijding. Hij overlijdt in Kamp Vught. Hoe hij daar terecht is gekomen zou ik hier heel graag vertellen, want dat geeft een extra lading aan de vraag “wat zou jij zelf doen in die situatie?”. Zou jij, als je Elsa was, schelden, vloeken, zeggen dat vader een klootzak is? Laten we vooral niet vergeten dat Elsa op het moment van de bevrijding van Nederland 17 jaar oud is. In hoeverre kun je op die leeftijd het soort beslissing nemen dat zij neemt, in hoeverre ben je dan al in staat om de gevolgen van jouw handelen te overzien. In hoeverre heeft zij “het recht” om te doen wat ze doet? Echt, lees dit boek en ontdek wat er gebeurt en wat het met jou doet. Er waren overigens ook genoeg momenten dat ik mij ergerde aan het zelfmedelijden van Elsa en haar repeterende eigen bevestiging dat zij nergens invloed op had. Zij is voor mij niet zonder meer de held van het verhaal, maar dat lijkt mij ook geenszins de bedoeling van de schrijver. Het verhaal moest verteld worden.

De opstelling en levenshouding van vader deed mij overigens denken aan de opstelling van Daniël Maandag, de vader van de familie Maandag in de roman Koningin van de nacht van Yvonne Keuls (Ambo Anthos). Deze overduidelijk Joodse vader was bezeten van muziek. Hij was zo naief om te veronderstellen dat hij alle ellende zou kunnen omzeilen door een bewijs van niet-Joodse afkomst te kopen. Dream on. Maar wat zou jíj doen, als je met jouw eigen verstand er niet bij kan dat al die gruwelijkheden daadwerkelijk en heel dichtbij plaatsvinden? Hoe makkelijk is het om “achteraf, met de kennis van nu” vanuit een makkelijke stoel in een veilige omgeving, te oordelen over gedrag en besluiten van anderen.

De laatste tijd merk ik steeds vaker dat ik een onderscheid wil maken tussen enerzijds het thema van een boek en wat het met mij doet en anderzijds mijn mening over de manier waarop de schrijver het verwoord heeft, de kwaliteit van de schrijfstijl, de verrassende toepassing van stijlfiguren en dergelijke. Daarom introduceer ik hier twee termen die ik voortaan regelmatig in mijn publicaties zal gebruiken: de TQ en de BQ. Oftewel TQ: de kwaliteit van het thema (Theme-Quality) en BQ: de kwaliteit van het boek “als boek” (Book-Quality)

Ik zal er niet omheen draaien: de BQ van Mijn vader was een NSB’er vind ik maar middelmatig. Het kabbelende toontje van oma Elsa die haar familiegeschiedenis vertelt, kon mij niet boeien. Natuurlijk moest de indruk ook zijn alsof je bij Elsa in de kamer zit en naar haar verhaal luistert, maar die setting ging mij vervelen. De kwaliteit van de schrijfstijl, de opbouw van het boek, het taalgebruik, de sfeerbeschrijving, het maakte niet echt indruk. Een paar lelijke, slordige tikfouten (in de ebookversie die ik via de openbare bibliotheek had geleend) hadden ook geen gunstige invloed op de leeservaring als boek. Maar door de hoge TQ kon ik het toch niet laten om deze blogpost te schrijven. Zeker de vraag naar het hoe en waarom rondom de vader maakte op mij indruk. Het thema zal mij nog wel langer bezighouden. En dat is dan toch ook weer een compliment aan de schrijver 🙂

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Leave a reply:

Your email address will not be published.