Factor 7

Ik ben goed in het neerzetten van een structureel plan van aanpak en het regelen van een efficiënte planning. Minder goed ben ik in het mij houden aan die planning 🙂 . Dat wil zich bij het bloggen wel eens uiten in het op het laatste moment lezen van een roman waarover ik heb afgesproken op een bepaalde datum een blogpost online te zetten. Mijzelf kennende is een beetje deadline-stress niet erg en soms zelfs extra inspirerend, maar het risico bestaat dan dat er eigenlijk onvoldoende tijd is om over het gelezene na te denken en een leeservaring onder woorden te brengen. En ik vermoed dat ik daar nu mee heb te kampen. Ik heb namelijk voor de boekenbloggersleesclub Een perfecte dag voor literatuur de roman Zeg maar dat we niet thuis zijn van Rashid Novaire (Ambo Anthos) mogen lezen. Dat heb ik de afgelopen dagen gedaan en ik heb een aantal uren zeer zeker leesplezier gehad, maar eerlijk gezegd heb ik nog geen idee wat ik van dit boek vind.

zeg maar dat we niet thuis zijn

Zal ik het lezen als het tragikomische verhaal van een jonge man, Milan den Hartog, die wanhopig op zoek is naar een nieuwe toekomst en zich ontworstelt aan zijn jeugd bij twee, elkaar regelmatig in de haren vliegende, moeders en aan zijn huidige werkomgeving? Die werkomgeving is trouwens een uitvaartonderneming, dus een rechtstreekse combinatie van leven en dood. Alleen al die setting geeft genoeg om over te schrijven en om over na te denken. Hij maakt in de laatste week dat hij dit werk nog wil doen, nog van alles en nog wat mee, inclusief een dode die via mail met zijn kinderen communiceert, een Aldi-boodschappentas vol met geld en de verdwijning van het stoffelijk overschot van een Marokkaanse oma.

Of zal ik op zoek gaan naar diepere bedoelingen, filosofische overwegingen en dergelijke? Er komen meer dan genoeg mooie zinnen in voor die pas enkele passages later goed tot mij doordrongen. Het gebeurt niet vaak, maar ik heb nu af en toe teruggebladerd om zinnen opnieuw te lezen. Zo is er een oudere mevrouw die spontaan tegen Milan begint te praten en vertelt dat alles in drie dimensies gebeurt: de belofte, de vertelling en het gemis. En er wordt tijdens een uitvaartdienst een spreuk gehanteerd over dansen op de rug van de zee zonder te verdrinken. Geen alledaagse beelden. Ik ben er van overtuigd dat dit een boek is dat in de komende tijd/jaren op onverwachte momenten weer in mijn geheugen naar voren komt, maar nu is de ervaring nog te nieuw om een goed oordeel te kunnen vormen. Ik heb zelfs overwogen om met het schrijven van deze blogpost te wachten totdat de eerste publicaties van mijn medebloggers online komen (die publicaties kun je overigens vinden via deze LINK), om een idee te krijgen wat zij van deze roman vinden. Maar ik ben nog nooit weggelopen voor mijn verantwoordelijkheid en vrijheid om een eigen mening te vormen, dus heb ik uiteraard op eigen houtje deze blogpost geschreven.

Hoe het uiteindelijke oordeel ook zal zijn, het boek springt positief naar voren door de eenvoudige schrijfstijl. Dat is volgens mij pure schijn: hoe eenvoudiger je wilt schrijven, des te moeilijker dat is. Naar mijn idee zit het verhaal ook vol met symboliek, zoals de opdeling in zeven hoofdstukken, zijnde de zeven dagen dat Milan nog bij de uitvaartonderneming werkt. Hij heeft er dan zeven jaar gewerkt. Zeven is in de christelijke traditie een heilig getal: de zeven dagen van de schepping, de zeven vette en magere jaren etc. Hoe dit in andere religies is, weet ik niet.

djinnIk kon er niets aan doen en ik weet ook niet waarom, maar ik zag bij hoofdpersoon Milan steeds Tofik Dibi voor me. Dibi, de ex-politicus van Marokkaanse afkomst, is er recentelijk vooruitgekomen dat hij homoseksueel is. Deze “bekentenis” levert hem naar mijn mening zowel rust als onrust op. Dat gevoel had ik ook bij Milan. Hij doet zijn uiterste best om anderen te begeleiden (zowel in zijn werk als in zijn privéleven) en probeert ook voor zichzelf duidelijk te krijgen wat hij wil en wat hij voelt, maar dat is zeker niet simpel. Dibi heeft ook een boek geschreven (dat ik niet heb gelezen) en dat boek heeft als titel Djinn (Prometheus). Een djinn is, simpelweg in mijn woorden, een kwade geest die bezit van jou kan nemen. Deze djinns werden in de roman van Novaire ook gevreesd tijdens de bijeenkomst van de Koerdische familie die moet besluiten waar hun overleden vader wordt begraven.

dertig dagenHoewel de roman een chronologische volgorde heeft, is er toch voldoende ruimte voor “uitstapjes”. Dat komt met name doordat Novaire de overleden Koerdische vader “aan het woord” laat komen en hem laat aangeven wat er voor hem belangrijk is en hoe hij zijn leven in Nederland heeft ervaren. En ook door de verhalen van de nabestaanden is er ruimte om de sfeer goed neer te zetten. De sfeer van Zeg maar dat we niet thuis zijn deed mij denken aan Dertig dagen van Annelies Verbeke (Uitgeverij De Geus). Er zit een subtiele combinatie van emotie en een zekere afstandelijkheid in die doet vermoeden dat er onder het oppervlak van alles borrelt en bruist. Het is een schrijfstijl waar ik van houd, met name ook omdat ik daardoor extra moet nadenken over wat ik van de inhoud vind. Knappe prestaties van auteurs om in de overweldigende hoeveelheid publicaties die elke maand het daglicht zien, hiermee de aandacht te trekken!

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Mijn hartelijke dank gaat uit naar uitgeverij Ambo Anthos voor het beschikbaar stellen van een leesexemplaar. In deze roman komen cultuurverschillen en verschil in religieuze opvattingen op natuurlijke wijze naar voren. Gezien de recente gebeurtenissen in Parijs (op vrijdag 13 november 2015) geeft dit een extra dimensie aan de leeservaring.

One comment: On Factor 7

  • Ik ben bang dat ik meerdere blogs aan dit boek ga wijden. Er zit zo ontzettend veel in, dat ik het waarschijnlijk moeilijk ga hebben dit boek los te laten….

Leave a reply:

Your email address will not be published.