Pen en zwaard

“Het is maar een boek. Gewoon een boek. Zoals er zo veel zijn.” Dit kan ik als een mantra blijven herhalen, maar geloven ga ik het niet. Want Alleen met de goden van Alex Boogers is niet gewoon een boek. Het is 519 pagina’s lang een beleving, een onderdompeling, een confrontatie met alles wat je misschien zou willen negeren en ontkennen.

Meer dan 500 pagina’s kan afschrikken, maar heus, je merkt er helemaal niets van. Deze roman heeft namelijk precies de lengte en omvang die het nodig heeft. Als lezer worden we meegenomen in het leven van Aaron Bachman, vanaf ongeveer zijn zesjarige tot aan zijn drieëntwintigjarige leeftijd. Met een tegelijk rauwe en soepele schrijfstijl loodst Boogers ons langs en door de ontwikkeling die Aaron meemaakt. Aaron groeit op in een achterstandsbuurt, in een ontwricht gezin. Zowel zijn vader als zijn moeder hebben een harde, gewelddadige manier van praten en handelen. Zijn vader, “Papa Leeuw”, komt in de gevangenis terecht en vanaf dat moment lijkt het allemaal van kwaad tot erger te gaan. De jonge Aaron heeft geen idee wie hij eigenlijk is en wat er van hem in het leven wordt verwacht. Hij leeft zijn leven op straat, op school en “thuis”. Eigenlijk is hij alleen maar gelukkig als hij verdiept zit in de stripboeken van zijn oma en veel later in de boeken die zijn muziekleraar Broere hem aanreikt. De hoofdpersonen in de stripboeken en de schrijvers van die boeken zijn voor hem zijn helden, zijn goden.

Aaron ontdekt dat hij een vechter is, een jager. De woede en de onrust die hij zijn leven lang al in zich voelt, moet hij leren beheersen en functioneel inzetten. Bij deze ontwikkeling wordt hij (soms bijna zijdelings) geholpen door de eigenaar van het plaatselijke dierenasiel, door de muziekleraar, door opa (die weliswaar de meeste tijd afwezig is, maar die wel belangrijke brieven aan hem stuurt met daarbij boeken die voor Aaron van enorme invloed zijn) en door Arturo, kortweg Art. Art is de trainer van de sportschool waar Aaron zich als vechter/kickbokser perfectioneert. Art gelooft heilig in hem en maakt het voor hem mogelijk om met het boksen bezig te zijn. Door de boeken en brieven van opa begrijpt Aaron dat zijn ontwikkeling gericht moet zijn op de twee wegen van “de pen” en “het zwaard”, zoals dat voor een samoerai geldt. Zijn lichaam is zijn zwaard, zijn vlijmscherpe wapen. Zijn pen is hier heel letterlijk, omdat Aaron al van jongs af aan zijn nachtelijke onrust van zich afschrijft door schrift na schrift te vullen met beelden en verhalen. Wát hij schrijft, houdt hij voor iedereen verborgen. Tot het moment dat hij zich realiseert (mede door de voortdurende zachte dwang die Broere op hem uitoefent) dat dat niet dé weg is. Dat is ook het moment dat we afscheid nemen van Aaron, zodat hij zijn eigen leven kan gaan leven met de mensen die hij daarbij nodig heeft.

Dwars door deze ontwikkeling loopt de persoonlijke vraag van Aaron wie zijn vader precies is, maar ook wie zijn moeder eigenlijk is. Zijn moeder scheldt hem de huid vol, slaat hem, spuugt op hem en zegt hem keer op keer dat zijn geboorte haar leven voor eeuwig verwoest heeft. Wat doet dat met hem? Maar ook, wat doet dat met haar? Je hoopt steeds dat zij elkaar leren “verstaan”, maar dat lijkt heel lang een onmogelijkheid. Als er dan uiteindelijk toch een gesprek is tussen moeder en zoon, op een locatie waar Aaron niet anders kan dan luisteren, was dat voor mij wel even een tranentrekker. Het is een keihard leven, voor moeder, vader en zoon. De uitdrukking “als je als dubbeltje geboren wordt, word je nooit een kwartje” komt meer dan eens voorbij. Af en toe voelde ik mij plaatsvervangend beschaamd dat de samenleving zo in elkaar steekt. En toch vind ik het een positief boek. Zeker het einde biedt hoop en perspectief voor Aaron en voor alle jonge mensen die door hem gesymboliseerd worden.

Door die “pen en zwaard”-ontwikkeling voor een krijger/samoerai moest ik terugdenken aan Joe Speedboot van Tommy Wieringa (de Bezige Bij). Deze associatie ligt natuurlijk voor de hand, omdat in het boek van Wieringa het “pen(seel) en zwaard”-thema een belangrijke invloed heeft op het leven van de verteller, Frans. De jonge Frans zit na een dramatisch ongeluk in een rolstoel en heeft bijna al zijn energie nodig om zijn spastische en onwillige lijf enigszins onder controle te houden. Door zijn lichamelijke en psychische toestand leidt hij een leven dat behoorlijk afwijkt van standaard. Zijn maatje Joe neemt hem regelmatig op sleeptouw en samen beleven zij allerlei avonturen, kort gezegd. En ook zij worden ouder en doen levenservaring op. Deze levenservaring wordt ingekleurd door het behoorlijk dwangmatige schrijven van Frans, gevolgd door zijn obsessie om met arm-drukken de wereldtop te bereiken. De troosteloosheid van die tijd en van de omgeving is een overeenkomst met Alleen met de goden, de visie op de toekomst wordt naar mijn mening in beide boeken juist anders behandeld.

Joe Speedboot heb ik nog niet zo lang geleden gelezen. Als jij mij volgt op Goodreads, heb je misschien gemerkt dat ik niet erg positief oordeelde over Joe Speedboot. Het was de eerste roman die ik van Tommy Wieringa las en ik had de lat erg hoog gelegd. Dat is misschien niet helemaal reëel, maar dat is ook het risico van een openbaar imago door televisieprogramma’s, -series en radio-interviews. Wieringa had ik al zó vaak gezien en gehoord, dat ik daarmee een pittig verwachtingspatroon had. Alex Boogers schijnt al een flinke hoeveelheid boeken te hebben geschreven, maar ik had nog nooit iets van hem gelezen en (ja, dat durf ik toe te geven) eigenlijk had ik ook nog niet eerder over hem gehoord. Dat maakte het misschien eenvoudiger om onbevooroordeeld meegevoerd te worden door Boogers. En mij interesseert het zelden  of een boek een autobiografisch karakter heeft. Het gaat mij om de manier waarop een schrijver zijn eigen of zijn verzonnen verhalen aan het papier toevertrouwt. En de manier waarop Boogers dat doet, bevalt mij zeer.

Veel leesplezier!

theonlymrsjo

Mijn medebloggers van Een perfecte dag voor literatuur plaatsten hun artikelen over deze roman op 30 april. Teruglezen kan natuurlijk nog steeds, via deze link. En uiteraard gaat mijn dank uit naar Uitgeverij Podium voor het beschikbaar stellen van een leesexemplaar en naar Cathelijne Esser voor haar moed en overtuiging om dit boek op de lijst te zetten.

One comment: On Pen en zwaard

  • Mooi verwoord! Ik moest ook aan Joe Speedboot denken. Dat vond ik ook een goed boek, terwijl ‘Dit zijn de namen’ mij juist helemaal niet aansprak. Zo zie je maar weer dat het thema van een boek niet uitmaakt, al gaat het over kickboksen (wat mij totaal niet interesseert), als het maar goed geschreven is.

Leave a reply:

Your email address will not be published.