Drugs en hallucinerende middelen, ik loop er met een grote boog omheen. Grotendeels omdat ik er niet op zit te wachten de controle over mijzelf kwijt te raken. En de angst om verslaafd te raken of een zodanig slechte ervaring dat je nooit meer helemaal de oude wordt. Nee, voor mij geen pilletje of paddo. Gemakshalve ga ik er nu even aan voorbij dat sommige mensen alcohol ook een drug vinden. Dat is het, maar daarvan weet ik dan weer wel af en toe te genieten 😉
Hoe anders is dit voor Djoeke van ’t Hull, de hoofdpersoon uit de bijzondere roman Chalet 152 van Anton Valens (Atlas Contact). Deze roman behelst namelijk grotendeels de ervaring van de 32-jarige Djoeke tijdens een sessie (aangeduid als de DIENST) rondom het gebruik van een ayahuasca-brouwsel. Tijdens deze healing is er afwisselend een fase van losraken van jezelf of juist dieper in jezelf wegduiken en een fase van stilte en meditatie. Als ik het tenminste goed begrepen heb. Deze DIENST wordt gehouden in de duinen ergens in Zuid-Holland, vlakbij het vakantiepark waar Djoeke op verzoek van zijn oom tijdelijk de zorg voor een huisje heeft, eufemistisch aangeduid als chalet. Na een mislukte relatie en met een opgezegde huur, is dit voor Djoeke een prima kans om de tijd door te komen en over zichzelf na te denken. Hoe hij uiteindelijk betrokken raakt bij die healing, heeft alles te maken met de excentrieke Audrey d’Audretsch, ook verblijvend op het park, met wie hij in een ingewikkelde relatie terecht komt.
Valens heeft een handige manier gekozen om zowel over het hier en nu als over het verleden van Djoeke te kunnen schrijven. Hij beschrijft namelijk heel gedetailleerd en overtuigend hoe Djoeke in het hier en nu zich tijdens de trip voelt en zich gedraagt, terwijl tegelijkertijd de healing de mogelijkheid geeft om veel en gedetailleerde herinneringen en emoties voorbij te laten komen. En door Djoeke, die zich had laten overhalen zich als “vrijwilliger” aan te melden voor het onderhoud van het vakantiepark, de opdracht te laten accepteren om alle lantaarnpalen te schilderen, kon de schrijver ook een aantal andere personages van het park introduceren. Deze personen doen ook mee aan de DIENST.
Het elkaar bespieden en verhalen verzinnen over de mensen om jou heen tijdens zo’n sessie deden mij met plezier terugdenken aan Tannie Maria in het tweede deel van de serie van Sally Andrew (te weten Tannie Maria en de demonische monteur – Uitgeverij Orlando). Tannie wil graag afrekenen met demonen uit haar verleden en komt zo voor therapeutische gesprekken terecht in een kring van personen die zo’n beetje allemaal een geheim en een verleden met zich meedragen. Natuurlijk zijn dit boek en Chalet 152 niet met elkaar vergelijkbaar, maar eerlijk gezegd heb ik het boek van Sally Andrew met meer plezier en in ieder geval met meer gemak gelezen dan Chalet 152.
Het boek van Valens gaf mij namelijk regelmatig dubbele gevoelens. Enerzijds zit het goed in elkaar. Door het heen en weer springen in de tijd blijf je nieuwsgierig naar wat er allemaal naar boven komt. Valens heeft een bijzondere schrijfstijl met zeker niet alleen maar simpel woordgebruik. Misschien dat ik daardoor soms wat moeite had om het verhaal in het heden te plaatsen. Het voelde meer als de jaren tachtig, hoewel toen de plant ayahuasca nog niet eens in Nederland was geïntroduceerd (aldus Wikipedia).
Anderzijds vind ik het jammer dat de meeste personages naar mijn mening wat te weinig zijn uitgewerkt, zij blijven ietwat karikaturaal en voorspelbaar. En over hoofdpersoon Djoeke ben ik er ook nog niet uit. Hij is traag, lamlendig, rusteloos, stuurloos, irritant. En tegelijkertijd weet hij heel goed onder woorden te brengen wat hij meemaakt en wat dat voor hem doet. Ik voelde merendeels weinig empathie voor hem, maar in het laatste deel van de roman waarin meer duidelijk wordt wat hij met Audrey heeft doorgemaakt en hoe de uitwerking van de DIENST voor hun relatie is, begon ik hem misschien wat beter te begrijpen.
Ik vond Chalet 152 soms net zo zwaar en donker als De hemel is zwart vandaag van Ralf Mohren (Meulenhoff). In deze roman draait het om Arthur Poortman die te kampen heeft met een meer dan ernstige alcoholverslaving. Waar ik voor Arthur aan het einde van de roman het gevoel heb dat het ondanks alles uiteindelijk wel goed met hem gaat komen, heb ik dat nog niet met Djoeke. Hij neemt ogenschijnlijk weer het heft van zijn leven in eigen hand, maar de schrijver geeft erg weinig weg over de toekomst. Het stoort mij dat ik uiteindelijk nog niet begrepen heb wat de schrijver met dit boek wil uitdragen. Maar misschien is die twijfel, dat gevoel van onaf, juist wel wat Valens voor ogen had. In ieder geval heeft het mij flink beziggehouden.
Veel leesplezier!
theonlymrsjo
Chalet 152 heb ik mogen lezen namens de Club van Echte Lezers van Atlas Contact. Mijn dank gaat uit naar deze club/uitgever voor het beschikbaar stellen van een leesexemplaar én voor het getoonde geduld (aangezien deze blogpost eigenlijk al wat eerder online had moeten komen).